Reactie op het artikel over gebrekkige rechtsbescherming in jeugdbeschermingszaken
Betreffende structurele schending van hoor en wederhoor, partijdigheid van de rechterlijke macht en buitensluiting via CORV
Het artikel van Follow the Money toont op pijnlijke wijze aan wat duizenden ouders in de jeugdbeschermingspraktijk al jarenlang ervaren: een rechtsstaat die in de praktijk ernstig tekortschiet wanneer het gaat om het waarborgen van de rechten van ouders en kinderen. Als ouder en betrokken partij in meerdere zaken over ondertoezichtstelling en uithuisplaatsing, kan ik bevestigen dat deze misstanden structureel zijn en diepe sporen nalaten in gezinnen.
Wat is CORV en waarom is het zo problematisch?
CORV staat voor “Collectieve Opdracht Routeer Voorziening”. Dit is een digitaal communicatieplatform dat verplicht wordt gebruikt door rechtbanken, gemeenten, Raad voor de Kinderbescherming, politie en gecertificeerde instellingen. In de praktijk functioneert CORV als een gesloten communicatiesysteem voor de zogenaamde ‘ketenpartners’ in de jeugdzorg. Ouders en hun advocaten hebben géén toegang tot dit systeem.
Dat betekent concreet dat informatie-uitwisseling tussen jeugdzorginstellingen en rechtbanken buiten het zicht en zonder medeweten van ouders plaatsvindt. Deze communicatie heeft niet slechts ‘procestechnisch’ karakter, zoals vaak gesteld wordt, maar raakt direct aan de inhoud van verzoeken, waaronder verlengingen van ondertoezichtstellingen of uithuisplaatsingen. Het recht op hoor en wederhoor wordt hierdoor fundamenteel uitgehold.
Geen eerlijk proces
Het gebruik van CORV, in combinatie met het structureel te laat of niet delen van stukken, betekent dat ouders pas op zitting worden geconfronteerd met belastende rapportages of verklaringen. De mogelijkheid om zich te verweren of ontlastend bewijs aan te dragen is dan feitelijk onmogelijk. Hiermee wordt het recht op een eerlijk proces – zoals verankerd in artikel 6 EVRM – systematisch geschonden. Het is geen uitzondering, maar norm geworden dat rechtbanken beslissen op basis van incomplete, eenzijdige of zelfs onjuiste informatie, zonder dat ouders of hun raadslieden zich daartegen adequaat hebben kunnen verweren.
Verstrengeling tussen rechter en ketenpartners
Dat rechtbanken zichzelf beschouwen als ‘ketenpartner’ binnen de jeugdzorg is op zichzelf al een zorgwekkende indicatie van institutionele partijdigheid. Een rechter behoort onafhankelijk en onpartijdig te zijn, ook in familiezaken. Rechtbanken die zichzelf als samenwerkingspartner zien van de uitvoerende instanties, vervagen deze grens en wekken de schijn van belangenverstrengeling. Het feit dat rechtbanken wél toegang hebben tot CORV en ouders niet, onderstreept deze scheefgroei.
Gevolgen voor gezinnen
De gevolgen van deze werkwijze zijn onvoorstelbaar groot. Ouders verliezen het gezag over hun kinderen op basis van oncontroleerbare documentatie, kinderen worden soms jarenlang onterecht uit huis geplaatst, en rechtsherstel komt te laat of helemaal niet. Zoals het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden onlangs oordeelde: deze gang van zaken is ‘evident strijdig met het systeem van de wet’.
Oproep tot hervorming
Het is hoog tijd voor fundamentele hervorming.
Het beginsel van hoor en wederhoor moet in elke fase van het proces worden gewaarborgd.
Communicatie via CORV dient transparant te zijn voor alle procespartijen, inclusief ouders en hun advocaten.
De rechterlijke macht moet terug naar haar kern: onpartijdige en onafhankelijke geschilbeslechting – niet functioneren als verlengstuk van de uitvoerende macht.
Verplichte gelijke toegang tot alle dossierstukken vóór de zitting moet in de wet worden verankerd én gehandhaafd.
Ouders moeten toegang krijgen tot onafhankelijke contra-expertise en getuigenverzoeken moeten serieus worden beoordeeld.
Zolang deze hervormingen uitblijven, blijven we het vertrouwen in de rechtsstaat ondermijnen, met alle tragische gevolgen voor kinderen en ouders van dien. De huidige praktijk maakt de rechtsgang niet slechts onzorgvuldig – maar onrechtvaardig.